spreek pas als ik wat te zeggen heb, met pijnlijke stiltes als gevolg. Als je een feest op gang wil krijgen, heb je aan mij geen goeie. Nodig mij maar later op de avond uit. Of aan het eind. Of niet.

Het liefst verschijn ik in een cafe als het TL-licht aan gaat en de muziek uit. Dan help ik een handje met glazen ophalen en scherven opvegen. Wie denkt dat ik praktisch ingesteld ben, heeft het mis. Waar het me om gaat zijn de sporen. Lippenstift op peuken. Halfvolle bierglazen die uit beleefdheid zijn aangenomen. Versnipperde bierviltjes van een verveelde gast. Vertrapte visitekaartjes. Wat is hier gebeurd? Ik had erbij kunnen zijn, maar dat is te makkelijk. De verhalen zijn nooit zo mooi als wanneer ze zich aan me ontvouwen tijdens het dweilen.

Wat te doen met zulk talent? Is er een vacature voor party archeoloog? Misschien bij de Story of Prive. Als alle foto's mislukt zijn, word ik ingezet om aan de hand van geur en afdrukken van voeten en billen aan te tonen hoe de bekende Nederlanders de avond doorbrachten.

Comments